Een goed idee van Groenlinks om in het Polderweggebied een plein naar de grote leider te noemen. Maar geen nieuw idee.
Toen ik op 25 augustus 1989 terugvloog uit Swaziland naar Amsterdam zat ik 13 uur naast een van de mensen uit de top van Cosatu (Vakbeweging in Zuid-Afrika). Je raakt op zo’n lange vlucht onvermijdelijk in gesprek. Toen het mijn buurman duidelijk werd dat ik een redelijk betrouwbare sociaal-democraat was (de apartheidsregering in Pretoria had mij een visum geweigerd) vertelde hij mij dat de onderhandelingen met de regering nu zo ver gevorderd waren dat binnen enkele maanden Nelson Mandela vrij gelaten zou worden. Grote opwinding maakte zich van mij meester. Toch duurde het nog tot die legendarische zondag 11 februari 1990 voordat de halve wereld Mandela met Winnie aan zijn zijde na 27 jaar als vrij man uit de gevangenis zag komen lopen. Op 15 februari hadden wij afdelingsvergadering in De Pijp. Toenmalig fractievoorzitter Dita Vermeulen was er snel bij met haar voorstel om het toekomstige Heinekenterrein te vernoemen naar Nelson Mandela. Dat het niet gebruikelijk was levende personen te vernoemen tilden we in dit uitzonderlijke geval niet zwaar aan.
Enkele maanden later nam de deelraad De Pijp het PvdA-voorstel over en werd definitief besloten bij de oplevering van het Heinekenterrein het plein naar Nelson Mandela te noemen. Toch is het plein met die naam er niet gekomen. Dat kwam omdat in mei 1990 een nieuw Dagelijks Bestuur in De Pijp aantrad bestaande uit Groenlinks en D66. De PvdA had de verkiezingen verloren en kwam in de oppositie. In 1991 werd Winnie Mandela schuldig bevonden aan de ontvoering van de later vermoorde Stompie Seipei. De raadsleden van Groenlinks, D66 en enkele PvdA-ers werden hier nerveus van en waren nog niet zover in hun emancipatie dat ze de daden van de vrouw haar man niet aanrekenen (en omgekeerd). Schielijk stelden zij de raad voor het besluit om naar Nelson Mandela een plein te vernoemen weer in te trekken. Dat was niet alleen absurd maar ook heel jammer. De vernoeming paste ook in een bescheiden traditie die was gestart in 1988 toen het jonge stadsdeel De Pijp besloot het plein achter het gemeentearchief de naam te geven van de Zuid-Afrikaanse verzetsstrijdster Dora Tamana. Dora was zeer actief in de vrouwenbeweging en het ANC. Een bewuste keuze voor een vrouw. Want in de strijd tegen apartheid streden ook veel vrouwen. Het is opvallend dat Judith Sargentini in haar initiatiefvoorstel naast Dulcie September uitsluitend de namen noemt van mannen die ook nog vernoemd zouden kunnen worden in het Polderweggebied. Maar gelukkig gaat de gemeenteraad er niet over. Het vaststellen van straatnamen is een bevoegdheid van de stadsdeelraden. Ik begrijp daarom niet waarom de gemeenteraad binnenkort over het lovenswaardige initiatief van Groenlinks moet (en zou mogen) besluiten.